Mijn favoriete frameless ultralight pack voor een weekendje buiten.
Het liefst van al zou ik dagelijks in de natuur zijn, maar dat is natuurlijk niet altijd eenvoudig als je voltijds werkt, af en toe nog een sociaal leven wil hebben en een gezin wil onderhouden. De makkelijkste oplossing voor die wanderlust zijn dan de microadventures. Alastair Humphreys heeft dat concept de laatste jaren uitgebreid vormgegeven, en ik doe uiteraard volop mee.
Een beetje gearliefhebber doet dat vandaag de dag graag ultralight. Laat het dan ook duidelijk zijn dat de markt vandaag flink verzadigd is aan amerikaanse cottage rugzakjes die werkelijk extreem ultralight zijn. Vaak eenvoudige designs met knappe stoffen zoals Robic en Cuben. Maar duur. Vooral als je er nog eens de shipping en import taxen bij rekent. Gelukkig kan je in Europa wel de Granite Gear Virga 26 vinden. Een heel prettig ultralichtgewicht rugzakje (490g!) dat toch nog 9kg kan dragen met behoorlijk comfort, zelfs al zit er geen rugpand in.
Frameless rugzakken zijn heel populair bij Amerikaanse ultralighters. Het idee is dat als je zo weinig gewicht mee hebt, je ook niet het gewicht mee hoeft te sleuren van een rugpand dat de lading van de rugzak naar je heupen transferreert. Het vraagt een iets andere aanpak van inpakken, maar moeilijk is het zeker niet. Verder zou je denken dat voor dit lage gewicht, het rugzakje niet overladen kan zijn met features, maar ik sta er toch van versteld hoe slim de virga 26 in elkaar zit.
De rugzak is gemaakt met 100D en 200D Cordura Nylon. 200D op de slijtagegevoelige plekken (rugpand, onderkant en de verbindingen van de compressieriempjes). De zijkanten en bovenkant zijn gemaakt uit 100D Cordura. Ter referentie: De superbekende Osprey Talon en Exos rugzakken worden in hun geheel gemaakt in een 70D nylon dat versterkt wordt met een 100D ripstop draad erdoor. We kunnen er dus zeker vanuit gaan dat onze Virga 26 ruim duurzaam genoeg is. De stof is, net als nagenoeg alle rugzakken op de markt, gecoat langsbinnen, maar de naden zijn niet getaped. 100% waterdicht is de rugzak dus zeker niet, en een regenhoes krijg je er ook niet bij (Ultralight, remember!). Als het weekend nat dreigt te worden, steek ik dan ook simpelweg een drybag binnenin de rugzak. En als het droog blijft kan ik ook weer die grammen thuislaten.
De schouderriemen zijn lekker dik en comfortabel gepolsterd en hebben een fijn borstriempje. Er zitten ook twee kleine zakjes in stretch mesh op de schouderriemen, maar die vallen erg klein uit. Misschien goed voor een mini Snickers? De Verder nog een buckle voor een gps ofdergelijke. De heupgordel is afneembaar en eenvoudigweg uit webbing gemaakt. Goed gezien. Ik ken genoeg ultralighters die totaal geen heupgordel willen aan hun UL pack, en diegenen die dat wel graag willen (zoals mezelf) hebben meer dan voldoende aan die webbing. Leuk trouwens dat je de riem aan de buckles op de rugzak (pull-forward) kan aanspannen in plaats van op de sluiting.
De rugzak heeft twee zijzakken en een frontale mesh-zak. Die zouden eigenlijk echt wel wat meer capaciteit mogen hebben, maar ze volstaan nog net voor een kleine drinkbus aan weerszijden en een Sawyer mini filter vooraan. 7 (!) compressieriempjes (twee langs elke zijde, twee vooraan en 1 bovenaan) houden je bagage mooi op hun plek en zijn lang genoeg om een Therm’a-rest Z-lite onder te bevestigen.
Het leuke aan super ultralight op stap te gaan is dat je het meest gewicht bespaart door minder mee te nemen. Veel spullen heb je dus niet mee, en je meeste spullen kunnen dubbel dienst doen als kussen op de rug. Meevaller om je frameless rugzak toch zacht op de rug te leggen.
De aangegeven 26 liter vallen lekker ruim uit (hier zit de expandable bovenkant wel voor iets tussen) en zijn in een aangenaam smalle rugzakvorm gegoten. Beweginsvrijheid for the win! Zoals het volume uitvalt is de rugzak exact juist afgemeten voor dat fast & light nachtje weg. Heerlijk toch!
onderaan drop ik mijn slaapzak (TNF Gold Kazoo) zonder compressiezak – dan neemt ‘ie de vorm van de rugzak aan – en mijn slaapmatje (TaR NeoAir XLite). Daar bovenop dan een tarp (Alpkit) of tent (LuxeOutdoor Sil Hexpeak v4) en grondzeil (Tyvek), en ook mijn kussentje (Nemo Fillo) – mijn enige comfortitem. De gevriesdroogde maaltijden zet ik rechtop tegen de rug, daarvoor gaat een titanium 650ml potje (Alpkit) waar een mini gasflesje en een vuurtje (Optimus Crux Lite) in passen. Rondom prop ik dan mijn donsjas (Rab Microlight Alpine) en regenjas (Montane Aero Event). Verwacht ik me aan kouder weer durf ik nog een Rab Vapour Rise alpine als extra actieve laag extra mee te nemen. That’s it. Klaar voor twee of drie dagen plezier en de rugzak is perfect gevuld. Even alles goed aanduwen, dan gaat je slaapzak als kussen functioneren als de rugzak op je onderrug rust, en de rechte vorm van je trekkingmaaltijden houdt de bovenkant van de rugzak toch een beetje weg van je rug (zeker wanneer je de heupriem goed gebruikt). Zonder rugpand heb je namelijk weinig tot geen ventilatie op de rug. Dat is een keuze waar je moeilijk onderuit kan als je zo licht op pad wil. Ikzelf vind dat de smalle pasvorm hier wel veel in helpt!
Is er dan echt niets dat ik kan aanmerken op deze rugzak? Welja, die mesh zakken op de zij-en voorkant die wat groter zouden mogen, maar verder is dit een rugzakje dat in z’n categorie nagenoeg perfect in elkaar zit. Stevig genoeg, ongelooflijk licht, comfortabel genoeg (als je weet waar je aan begint) en een perfect volume. Wat is het toch fijn als je gear exact kan voldoen aan je verwachtingen!
Bonus points: Door z’n compacte formaat word je minder snel herkend als iemand die van plan is in’t wild te gaan kamperen. Sneaky bastards dat we zijn. Aan alle boswachters die dit lezen: ik ben ‘nen braven’ hoor 😉
Adventures by Q. 